On the road
Door: Youp
Blijf op de hoogte en volg Youp
01 December 2013 | Thailand, Ban Chalok Lam
Tempus fugit. Meer dan een maand is het geleden sinds mijn laatste weblog, en wat een roerige maand is het geweest! Zoals sommigen misschien al doorhadden via foto's en berichten op Facebook, ben ik niet op Koh Pha Ngan. Op dit moment ben ik in Pattaya, een stad in het noordoosten van Thailand, op bezoek bij de opa van Roy! Laat ik maar eens vertellen over de reis ernaartoe.
November is een vreemde maand in Thailand. Sommige gebieden stromen bijna over van de regen, terwijl andere gebieden dan juist op zijn droogst staan. Het eiland waar ik stage loop valt onder het eerste gebied. Dat is de monsoon -oftewel mousson- tijd. Wat het punt is? Tijdens de monsoon kunnen we niet onze duiken voor de stage maken. Ik vond het zelf maar raar klinken: hoe kan regen het duiken belemmeren? Nat word je toch wel! Maar deze regen doet de rivieren zwellen. Deze rivieren nemen bergen slib mee, waardoor het water vertroebelt. Ook gaat de regen gepaard met wind, waardoor de golven in kracht toenemen! Omdat veel van onze duiken vrij ondiep zijn, zouden we er veel last van ondervinden. Daarom hebben onze stagebegeleiders ons met verlof gestuurd.
Wat een geluk! Ik wilde namelijk heel graag het land leren kennen waar ik vijf maanden vertoefde! Ons werd voorgehouden dat deze regentijd plusminus een maand zou aanhouden. Per 1 november hadden we dus alle vrijheid om te gaan en te staan waar we wensten, zo lang we maar op tijd terug zouden zijn, 1 december dus.
Samen met Chavert, Alexander en Roy zijn we 1 november vertrokken. Stefan, onze duikinstructeur, gaf ons een lift naar de pont. Na een twee uur durende overtocht kwamen we aan op het vasteland! Van tevoren hebben we al een ruw plan opgesteld, waarbij we wel alle vrijheid inbouwden om langer danwel korter ergens te verblijven als we het er respectievelijk naar ons zin of juist niet hadden. Ons eerste avontuur begon die dag al: Hoe kwamen we in vredesnaam van de haven naar onze eerste overnachtingsplaats, ruwweg 200 kilometer verderop? Eer we wat gedronken hadden, gegeten en klaargemaakt voor de busreis, waren alle bussen al vertrokken! De oplossing bleek in een privétaxi. We charterden een pick-uptruck, die ons het hele eind brachten. Eindpunt? Khao Sok National Park, een oeroude jungle. Ons oorspronkelijke plan was om daar twee, misschien drie dagen uiterlijk te verblijven. Vijf nachten verder kwamen we erachter dat we het er toch goed naar ons zin hadden. Een beetje lachen, een beetje drinken, een heeeeeel klein beetje wandelen. Wat mij het meest zal bijblijven is het spontane plan om met Chavert een roadtrip te maken! We reden terug op een gehuurde scooter van het prachtige stuwmeer in de buurt, genoten van een Singhaatje-uit-blik, gekocht van de alom aanwezige 7-elevens. Op die brommer, in het donker, in de frisse wind, kwamen we op het lumineuze idee door te rijden naar Phuket! Het was immers slechts zo’n 200 kilometer verderop, en hoe moeilijk kan dat nou zijn? Wat ons aan ratio restte deed ons besluiten niet direct door te tuffen, maar toch eerst even een nachtje te slapen en onze rugtassen fatsoenlijk te kunnen pakken voor het ene nachtje weg.
De volgende ochtend gingen we op pad. Dwars door prachtige bergen, langs de kust, over het vlakke land genoten we van het zonlicht, het uitzicht, en volgden we ogenschijnlijk een dwaallicht, want de kilometers leken steeds minder te vervliegen. Weliswaar hadden we een aantal stops, zoals bij het monument ter ere van de Tsunami uit 2004 die daar flink had huisgehouden, en de beste Italiaan die ik tot noch toe in Thailand heb mogen proeven. De Calzonepizza verzoop in de echte mozzarella!
Uiteindelijk was de rit naar Phuket er een tegen het weer: overal om ons heen was het bijna zwart van de wolken, slechts verlicht door tientallen bliksemschichten. Exact op het moment dat we op Patong beach aankwamen, barstte de bui los. Fffiew. De rest van de avond werd besteed aan verschillende dingen, zoals alcohol, meer alcohol, verzoeknummers indienen (en gehonoreerd worden!) bij een coverband in het lokale Hard Rock Café, verbazen over het aantal prostituees in het stadje, alcohol, en verbijsterd zijn over het aantal prostituees in het stadje. Uiteindelijk konden we nauwelijks nog lopen: ‘maar goed dat we daarom met de scooter uit zijn gegaan’.
De dag erna: brak hoofd en een 7 uur durende rit terug. Het kon beter, het kon slechter. De dag erna nog even het park doorgelopen (mooie rivier, prachtige waterval, maar paranoïde door doemverhalen van Roy en Aal over hordes bloedzuigers die collectief samenwerkten om jou leeg te zuigen) en besloten dat we door wilden gaan. De eerste toffe mensen hadden we toen al ontmoet: Catwoman en Monkey, die bij de hutjes werkten, en Hila en Julia, die we later weer zouden ontmoeten.
Volgende stop: Bangkok! Een lange nachtbusrit verder, met weinig slaap, bracht ons naar de hoofdstad. In de stromende regen wederom een pick-up als taxi, met de meest gestreste taxichauffeur die ik ooit gezien heb. Hij reed ook nog eens zo goed als de finalist van ‘de slechtste chauffeur van Nederland’. Ik kreeg bijna medelijden met hem. Hij zette ons, op ons verzoek, af bij Khao San Road. Daar vermaakten we ons met veel feesten, en trips naar onder andere Chinatown en een gigantisch standing buddha, maar ook het proeven van krekels en een schorpioen (Roy beweert dat hij het niet vies vond, maar ik vond ze verschrikkelijk smerig). Vanaf dat moment reisde Miriam met ons mee! Gezellig! We zijn weer uitgegaan, en de dag erna flowboarden. Dit is een soort mix van surfen, snowboarden en skateboarden, maar dan op een kunstmatige golf. Erg tof! En misschien wel het hoogtepunt (letterlijk en figuurlijk) van Bangkok was een cocktail drinken op het dakterras van het Lebua State Tower, een superhoog en superluxe hotel, waar ook Hangover II werd opgenomen. Fantastisch uitzicht, en fantastisch dure cocktails. Toch een ervaring om niet te missen. Ik heb het er goed naar mijn zin gehad, maar Bangkok zal nooit mijn thuisstad worden.
Een nieuwe nachtbus bracht ons naar de volgende stad: Chiang Mai! Wat een verschil met Bangkok! Ik had het er daar veel meer naar mijn zin dan Bangkok. Het was er gemoedelijker, vriendelijker en ontspannener. Na eerst een dag te ontspannen bij een binnentuin met zwembad en hangmatten, waren we weer helemaal bijgekomen van de slapeloze busreis waar we twee toffe Nederlandsen tegenkwamen, waar we in Chiang Mai nog veel mee zijn opgeschoten! Erg gezellig. Hoogtepunt daar was meteen het hoogtepunt van de reis tot nu toe: 17 november: Loy Krathong, het lichtjesfestival. Wat was dat indrukwekkend! Duizenden en duizenden lantaarns die de lucht in werden gelaten, met als doel het ongeluk voor het komende jaar weg te voeren. Kippenvel kreeg ik ervan, zo indrukwekkend was het. Ook de dag erna was bijzonder mooi, met schitterend gedecoreerde bootjes met kaarsjes, die op de rivier werden losgelaten, vergezeld met vuurwerk en nog meer vliegende lantaarns.
Intussen hadden we ook al onze motoren gehuurd: Chavert, Alexander Roy, Miriam achterop bij ondergetekende, de Amerikaanse Hila en Julia (daar zijn ze weer!), en ten slotte onze Chinese vrijheidsrijder LP met achteropzitster. Een roadtrip om nooit te vergeten! Honderden kilometers prachtige bergwegen. Strak als een biljartlaken, meanderend door de heuvels en dalen. Het ene uitzicht was nog mooier dan het andere. Stevig gehinderd door een grote regenbui reden Miriam en ik door, waar anderen de bui tevergeefs probeerden af te wachten. Het was donker en we waren nat en verkleumd, maar we zijn aangekomen in Pai! Het hippiedorpje in het dal. Daar hebben we wat dagen besteed aan het genieten van het uitzicht, de sfeer, de mensen, de omgeving. Een vallei hier, een waterval daar, met adembenemende uitzichten over het dal. Ik zou er wel jaren kunnen blijven, zo mooi. Een waterval leende zich fantastisch als glijbaan, totdat ik weer eens harder wilde dan eigenlijk kon. Het resultaat was een grote wond op m’n kont, en de twijfel of er niks gebroken was. Het scheelde gelukkig dat we nog meer dan 600 kilometer op een hard zadel moesten doorbrengen (ik hoop dat je het sarcasme leest). Maar eerst: Peach, de uitmuntende racer met een guesthouse, bracht ons naar een fantastische camping, nog geen vijf kilometer van de (gesloten) grens met Myanmar. Racer omdat hij 3e van Thailand in zijn klasse is geworden, en uitmuntend, omdat hij vond dat ik snel kon rijden (en dat met een passagiere, sorry nog Miriam voor je halve hartverzakkingen!). Na een nacht op het rustieke kampeerterrein met slechts Thai als andere gasten, scheidden de wegen zich. Roy, Miriam en ik besloten de aanvankelijke route, de Mae Hong Son loop, af te maken, waar Chavert, Aal, Hila, Julia en LP terugreden naar de Cave Lodge, waar een mooie grot scheen, en bleek, te zijn. Die LP, het is een bijzonder en mooi figuur: een Chinees die zeer kritisch was op zijn eigen land, sociaal, politiek en economisch. Het is een vrijgevochten geest, die al anderhalf jaar op zijn motor door Azië reisde. Ik wens hem alle geluk van de wereld en een behouden vaart toe.
Intussen reden Roy, Miriam en ik dus door. De wegen werden weliswaar wat wobbeliger, maar daar tegenover stond dat het verkeer zo veel was afgenomen dat we misschien eens in het uur een andere auto tegenkwamen. Na een zijroute naar grote velden vol Portugese zonnebloemen, die een paar weken per jaar bloeien, vervolgden we onze weg. Geen toerist te bekennen meer, en het Engels, waar je verbazingwekkend ver mee komt in dit land, was niet meer toereikend. Terug naar veel glimlachen en handen- en voetenwerk dus. Heel schattig en terug naar de basis. Zelfs het alomtegenwoordige ‘free wifi’ bestaat daar nog niet. Heerlijk: even niet continu verlichte gezichtjes van de smartphones, het ‘je moet connected zijn’. Whatsappelingen zouden heftige ontwenningsverschijnselen krijgen. Facebookadepten zouden er identititeitscrisissen oplopen van het gebrek aan waardering van het gedigitaliseerde individu. En ik? Ik viel soms zeker ook te betrappen op bovenstaande, maar het werkte echt bevrijdend. Geen internet hebben, voelde toen toch wel erg goed. Op reis zijn is ook weg zijn van het thuisfront, en even niet hoeven te weten of er al dan niet een bestaansrecht is voor Piet.
Zo gauw ik er aan begon te wennen, zo gauw werden we al weer terugverwacht in Chiang Mai: de motoren moesten weer naar hun rechtmatige eigenaar, en het vliegveld van Bangkok was al druk in de weer om Miriam in het vliegtuig naar Australië te krijgen. Dit lukte, want na weer een lange busrit waren we terug in Bangkok, waar ik Miriam vergezelde naar het vliegveld. Het waren heel gezellige weken! Roy en ik bleven nog een dagje, om de volgende ochtend de busreis naar Siem Reap, Cambodja, te maken. We lezen intussen 27 november. Het initiële plan om 1 december terug in Koh Pha Ngan te zijn dreigde in het water te vallen. Een mailtje naar de stagebegeleider moest soelaas bieden: waar we om een kleine week extra vroegen, 6 december, kregen we er twee! 15 december is de nieuwe richtdatum om terug te zijn. Dit omdat de monsoon van dit jaar extra lang en extra heftig blijkt te zijn. Laten we hopen dat het niet nog later wordt, want ik heb intussen wel weer zin om te duiken!
Afijn, Siem Reap. Misschien is dit stadje je onbekend, maar als ik Angkor Wat zeg, beginnen er wat meer belletjes te rinkelen? Een fantastisch mooi tempelcomplex in een vreemd land. Betalen doe je bij voorkeur met Amerikaanse dollar, hoewel de Cambodiaanse Riel uiteraard geaccepteerd wordt, maar ook met de Thaise Baht zijn ze content. Een land waar we 100 kilometer lang langs rijstvelden reden. Waar de wegen beroerd slecht zijn, en waar weer rechts gereden wordt, in tegenstelling tot een beperkt aantal landen, waaronder Thailand. Waar het armer heet te zijn, maar de prijzen hoger dan Thailand blijken. Maar ook waar een van de mooiste tempels ter wereld ligt. Wij hebben het bezocht bij zonsonder- en opgang. Twee magische tijdstippen, waarbij zelfs ik bijna ging geloven dat er magische rituelen konden plaatsvinden. Ook de omliggende tempelcomplexen waren onbeschrijflijk mooi, ondanks de hordes toeristen uit alle windstreken van de wereld. Helaas, onze tijd was beperkt hier en na twee dagen moesten we alweer terug. Roy wilde graag naar zijn opa die in Pattaya woont, en ik besloot met hem mee te reizen. Zo zit ik nu hier, bij opa Willem.
Roy blijft hier totdat hij weer in Koh Pha Ngan verwacht wordt. Ik ben echter van plan door te reizen, na hier een paar dagen te ontspannen. Zo is de groep, van maximaal negen man, weer terug naar alleen ik in een vreemd land, dat steeds minder vreemd voor mij wordt. Waar ik heen ga? Nog geen idee, ik zie het wel.
“The Road goes ever on and on
Down from the door where it began.
Now far ahead the Road has gone,
And I must follow, if I can,
Pursuing it with eager feet,
Until it joins some larger way
Where many paths and errands meet.
And whither then? I cannot say”
-Youp out
-
01 December 2013 - 18:01
Addy:
Hoi lievie,
Wat een mooie beschrijving weer.
Heb even meegereisd en genoten.
Deze ervaring en beleving neem je mee en zul je nooit meer vergeten.
Liefs, mam
-
02 December 2013 - 15:00
Miriam Vorenhout:
Hahaha de hartverzakkingen zijn je vergeven hoor! ;) Ik heb een ook echt een super tijd gehad, cruisen door de bergen! Nogmaals bedankt daarvoor en veel plezier met de rest van de laatste 2 weken!! :-D
Liefs uit het zonnige Australië
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley